Spion aan de muur (The spy who came in from the cold - 1963)

Na de liquidatie van een Engelse topspion bij de Berlijnse muur zint de Britse inlichtingendienst op wraak. Ze besluiten een lokaas uit te zetten: Alec Ceamas, een ontslagen, aan lager wal geraakte agent. De Oostduitsers happen toe, en Leamas speelt mee, verbeten en vakkundig, tot aan het bittere maar onontkoombare eind.

Vrij Nederland thrillergids:
"Een meesterwerk, over de geheim agent als wegwerpmens, met vergetelheid als veiligste beloning." *****

"De muur was een volmaakt voorbeeld van monsterlijkheid van een op hol geslagen ideologie" (John le Carré)

Spion verspeeld (The looking glass war - 1965)

(Ook verschenen als 'Speelgoed voor spionnen')

Een tip over een Russische raketbasis in Duitsland komt toevallig terecht bij een onderafdeling van de Britse geheime dienst, een stelletje bureaucraten, overgebleven uit de Tweede Wereldoorlog. Uitgerekend die mensen starten een grote operatie, met methoden uit een lang voorbije oorlog, en met als inzet een paar spionnen.

Vrij Nederland thrillergids:
"Topklasse." ****

John le Carré over 'Spion verspeeld':
"Het is beslist een droefgeestig boek, maar nu ik het weer eens doorblader, vind ik het toch ook een mooi boek. Ik heb het geschreven op het eiland Kreta, waarheen ik na de commotie over Spion aan de muur was uitgeweken, in de hoop een huwelijk te redden dat te zeer had geleden onder de mokerslagen van het succes. Ik denk dat ik me, toen ik daar op een afgelegen uitloper van het eiland zat en mezelf ook enigszins stuurloos voelde, automatisch identificeerde met de ongelukkige liefdes van mijn twee mannelijke hoofdfiguren".