Jeugd,
opleiding en carrière
John le Carré heet eigenlijk David John Moore Cornwell.
Hij werd geboren op 19 oktober 1931, in Poole, in het graafschap
Dorset in Engeland. Tijdens de 2e wereldoorlog bezocht hij de
kostschool Lincoln College, Oxford. Toen hij 16 jaar was, vertrok
hij naar Zwitserland, waar hij Duits aan de Universiteit van Bern
studeerde. Na deze studie moest hij in dienst en kwam hij terecht
bij de militaire Inlichtingendienst. Daar was zijn werk het verhoren
van vluchtelingen uit het door de Russen bezette deel van Oost-Europa.
Tussen 1956 en 1958 gaf hij Duitse les aan Eton. Hierna werd hij
diplomaat in Bonn (1960-1964), waar hij ook werkte voor de militaire
Inlichtingendienst, MI5. Le
Carré's vader, Roger Cornwell, was volgens le Carré
"een beroepsoplichter, die zijn eigen bestaan en dat van
zijn kinderen in een cocon van leugens spon". Zijn zoon vereeuwigde
hem in A perfect spy en in Single & Single. Het
dilemma van verscheurd worden tussen enerzijds loyaliteit en anderzijds
afschuw van onbetrouwbaarheid komt in al zijn boeken terug, net
als het leven op de Public School. |
|
Het
begin
Le Carré begon te schrijven
in de vroege jaren 60, toen hij werkte voor de Bitse geheime dienst.
"Ik maakte deel uit van die grote schaduwwereld die de Koude
Oorlog met zich meebracht. Ik zat in MI5 toen de grote heksenjacht
begon". MI5 zou geïnfiltreerd zijn door Moskou. Dat bleek
maar al te waar: de spionnen Philby, Burgess en Mclean werden ontmaskerd.
"Ik was getuige van de claustrofobische sfeer", zei le Carré
later. "Mijn schrijven was een geheime bezigheid, om mijn saaie
bestaan op te fleuren. Ik ontsnapte in een verzonne versie van mijn
eigen wereld".
De
opbouw van zijn oeuvre
Zijn eerste twee boeken schreef hij onder pseudoniem. Daar was George
Smiley al de hoofdpersoon. In zijn derde roman, de spionagethriller
Spion aan de muur (1963), vielen de angstige binnenwereld van
le Carré en de claustrofobische buitenwereld volmaakt samen.
Dit boek maakte hem in een klap beroemd. Hij ontving hiervoor de prestigieuze
'Gold Dagger'. Hierna zouden nog vele boeken, artikelen en andere publicaties
volgen.
Slechts op één
terrein was hij niet succesvol: zijn roman The naive and sentimental
lover (1971) flopte. "Ik kon het niet, ik brandde mijn vingers
en het applaus bleef uit".
De kern
van zijn werk
De wereld mist een morele kern.
Trouw is een woord zonder betekenis. De mensen die je het meest vertrouwt,
zijn de mensen die je verraden. De verbeelding maakt het leven draaglijk,
maar werkt destructief als ze in aanraking komt met de realiteit.
Er zit veel woede in zijn boeken.
Over de wereldwijde hebzucht, over het cynisme van westerse politici,
over de leugenachtigheid van de media. "Grootmoedigheid is een
essentieel onderdeel van de overwinning", meent hij, En juist die
grootmoedigheid ontbreekt in het Westen op dit moment. "De hebzucht
is de god van het Westen geworden".
TV verfilmingen
Veel boeken van le Carré zijn verfilmd,
zowel voor bioscoopfilms als voor TV-series. Telefoon voor de dode (1967),
Spion aan de muur (1965), Spion verspeeld (1970), De lokvogel (1984)
en Het Rusland Huis (1990) zijn als biooscoopfilm verschenen.
Van Voetsporen in de sneeuw (1991), Edelman,
bedelman, schutter, spion (1980), Smiley's prooi (1982) en Een volmaakte
spion (1987) zijn televisieseries gemaakt door de BBC.
Bron:
Vrij Nederland (4 maart 1978), NRC Handelsblad (23 april
1999)
Zie ook het dossier over de schrijver
bij Crimezone.nl
(door Floor de Graaff) |