naar start | a | b | c | d | e | f | g | h | i | j | k | l | m | n | o | p | q | r | s | t | u | v | w | x | y | z
De wet van Spengler (2008) Jaap Scholten **** (roman)
Een saluut, een eerbetoon

Jaap Scholten volgde een studie industriële vormgeving in Delft, maar hield er mee op toen hij bijna klaar was en ging naar de Rotterdamse Kunstacademie. Hij werkte daarna voor uitzendbureaus en  runde met een paar vrienden een tijdje een ontbijtcafé in Rotterdam. In 1990 werd zijn debuut uitgegeven, een verhalenbundel : Bavianehaar & Chipolatapudding. In 1995 verscheen zijn romandebuut Tachtig, over een jonge telg afkomstig van een Twentse textielfamilie. Het boek was een groot succes. Hoofdpersoon is de 23-jarige Frederik van H. die zich op eigen wijze tegen zijn Twentse textielfamilie afzet. De confrontatie vindt plaats op een familiefeest ter ere van de 80e verjaardag van oma. Jaap Scholten wilde een roman schrijven over een jongen die zich wil losmaken van zijn familie. In dit boek spelen meerdere broers een rol. En nu is er De wet van Spengler. Dit boek borduurt in zeker zin verder op Tachtig. Frederik en zijn familie komen voorbij. Jaap Scholten verwerkt autobiografische elementen in deze boeken. Hij is zelf namelijk telg uit een oud geslacht van Twentse textielbaronnen.

De wet van Spengler bestaat uit twee delen. Het eerste deel speelt zich af vanaf 1970 en vertelt over de jeugd van de vijf broers. De achtergrond van de welvarende en excentrieke familie van rijke textielbaronnen is een belangrijk element. De broers reizen af naar Twente nadat hun vader zelfmoord heeft gepleegd.
In dit eerste deel wordt het verhaal verteld vanuit de beleving van kinderen. Dit doet Jaap Scholten prachtig. De jongens begrijpen bijvoorbeeld niet wat er precies met hun vader aan de hand is, ze nemen slechts waar wat kinderen kunnen waarnemen en begrijpen. Zo is de luxueuze wereld op het landgoed in Twente voor hen een waar paradijs waar je naar hartenlust kunt spelen.

Het tweede deel speelt vanaf 2006, het verhaal maakt een sprong van meer dan 30 jaar. Frederik woont inmiddels in Roemenië met zijn gezin, het vaderland van zijn echtgenote. Zijn broer Julius woont op het landgoed in Twente dat hij uit zijn jeugd kent. Julius blijkt kanker te hebben en vanuit broer Frederik ervaren we het verloop van het ziekteproces en de band tussen de broers die teruggrijpt op hun jeugd.
Het eerste deel van het boek is sterker dan deel 2. Dit heeft te maken met het feit dat in het laatste deel de emoties rondom de ervaringen met het ziekteproces van Frederik soms van iets te dichtbij zijn opgeschreven. Dat is niet verwonderlijk want Jaap Scholten heeft zelf ook een broer verloren aan kanker. Het spelen met taal, waarvoor afstand nodig is en waarin Jaap Scholten bedreven is, komt hierdoor minder tot zijn recht. Toch is ook dit deel ontroerend door de wijze waarop Scholten zijn verhaal vertelt en verbanden legt met jeugdervaringen.

De wet van Spengler kent prachtige passages en uitspraken. Jaap Scholten moet niets hebben van al te mooi schrijven of uitweiding. Hij schrijft helder en transparant en lijkt wars van extra opsmuk. Door deze manier van vertellen ontstaat veel vaart en hij houdt de lezer van het begin tot het eind vast.

De wet van Spengler is een boek over mannelijkheid. Over textielbaronnen, over patriarchaat, over jacht en over hoe broers met elkaar omgaan. Aan het eind van het verhaal brengen de broers tijdens de begrafenis van de oudste zoon met een jachtgeweer nog een gezamenlijk saluut ter ere van de laatste keer dat ze samen zijn. Het eind van een tijdperk.

Hopelijk laat een nieuwe Scholten niet al te lang op zich wachten. Ik zie uit naar het volgende boek.