WeblogMail Gastenboek

 

De belevenissen van een jurylid anno 2011

 

 

Belevenissen van een jurylid

Door: Ine Jacet

Zo! De klus is geklaard. De winnaar van De Gouden Strop 2011 is Gauke Andriesse met ‘De handen van Kalman Teller. Een terechte winnaar.
Lid van de jury zijn betekende vanaf november 2010 : heel veel lezen. In totaal werden er 111 titels ingezonden. Dat is meer dan vorig jaar. Elk jaar neemt het aantal inzendingen van Nederlandstalige misdaadromans toe. Hoe zat het eigenlijk met de statistieken? Hoeveel boeken waren geschreven, door vrouwen, door mannen of door duo’s? Door vrouwen geschreven: 42 titels, door mannen geschreven 57 en 12 boeken waren afkomstig van duo’s.

Hoe zat het met de covers? Welke afbeeldingen waren favoriet. Allereerst is duidelijk dat bijna alle covers foto’s zijn. Getekende omslagen kwam je niet of nauwelijks tegen.  Vrouwenlichamen waren opmerkelijk vaak aanwezig op een omslag. Een afbeelding van een totale vrouw maar ook onderdelen van een vrouwenlichaam zoals (prachtige) benen of een gezicht.  Mannenlichamen of mannenhoofden waren minder populair. Veel covers waren bedoeld om een mysterieuze sfeer op te roepen: donkere trappen, een duistere gang, tunnel of steeg. Soms gecombineerd met een schim. Bij de historische misdaadromans zag je vaak – hoe kan het ook anders – een historische afbeelding. Foto’s van natuur of van landschap waren beduidend minder favoriet. Stadse taferelen doen het weer beter. En…. er waren twee boeken met dezelfde cover. De ene in blauw, de andere in zwart-wit. Met: Een duistere trap naar beneden met (ja..alweer)  : een vrouw. 

En hoe was het gesteld met de kwaliteit van de misdaadromans? Er waren momenten dat ik verlangde naar mijn favoriete schrijvers zoals Indridason, James Lee Burke of Henning Mankell. Schrijven is schrappen, is een bekend devies, maar dit is kennelijk voor sommige auteurs en hun redacteuren een hele klus. In sommige thrillers wemelde het van de bijvoeglijke naamwoorden. Waarschijnlijk bedoeld om de spanning te verhogen of te ‘vergroten’ maar met een tegengesteld effect. Het werd ballast, het werd er niet mooier of spannender door, eerder bombastisch.
Met regelmaat kwamen ook ‘relationele’ thrillers langs met in de hoofdrol goed opgeleide vrouwen. Jammer dat die hoge opleiding zich niet had vertaald in gedrag. Misschien een frauduleuze diplomaroute gevolgd? Waarom raken deze vrouwen zo gemakkelijk van slag? Waarom die slachtofferrol? Waarom zo naïef? Waarom zoveel witte wijn? Is dit de vrouwelijke equivalent van de whiskydrinkende private-eye? Daten met fatale afloop was ook een geliefd thema, met een vrouw als hoofdpersoon die op verkeerde types valt.

De populariteit van een thema als dating’ bewijst weer wel dat de Nederlandstalige misdaadromans de actualiteit van de samenleving volgt. Dat was en is een kracht.

Er waren slechte, middelmatige, goede boeken en de pareltjes. ’t Is net de wereld van de roman.
Nog een paar opmerkingen over boeken die mij persoonlijk – naast de shortlist - zijn opgevallen. 
Lieneke Dijkzeul – Verloren zoon. Het oog voor detail van deze schrijfster is bijzonder.
Linda Jansma – Caleidoscoop. Goed gedoseerde emoties waar juist het uit de bocht vliegen van emoties een groot gevaar was. Mooi debuut. Terechte winnaar van de Schaduwprijs.
Siska Mulder – Na Delphine. Vriendengroep blijkt problematischer dan gedacht. No happy end. Dat siert.  
Felix Thijssen – Lydia. Alweer een bijzondere vrouw. Deze schrijver moet meer geëerd worden. 
Milou van der Wil – Rood licht. Loverboy problematiek op eigentijdse wijze goed uitgewerkt.
Rudy Soetewey - Getuigen. Antiheld is laf en betaalt met schuldgevoel. Goed uitgewerkte psychologische misdaadroman over een gewone man.

En wat brengt de toekomst. Wat zullen thema’s zijn voor het komende jaar?
Misschien wel thrillers over een dodelijke bacterie die om zich heen grijpt en slachtoffers maakt? Of boeken over een presidentskandidaat die wordt genekt door een kamermeisje, een complot van de Russische maffia. Of misdaadromans over vrijgegeven mailverkeer van een fractieleider van een politieke partij.

De klus is geklaard. Met dank aan mijn medejuryleden en de voorzitter. De jury heeft altijd gelijk maar een individueel jurylid heeft ook maar gewoon een mening.