Twitter Facebook Gastenboek

Roslund & Hellström

De vierde misdaadroman van dit Zweedse duo is onlangs verschenen. In Zweden kreeg het vijfde boek lovende recensies. Een interview....

What you are scared of, has already happened

Door : Ine Jacet en Floor de Graöff

 

Het Zweedse duo is op bezoek in Nederland ter promotie van hun onlangs verschenen boek Het meisje onder de straat. De beide heren zijn goed geluimd, genieten van hun verblijf in Amsterdam en Börge Hellström waarschuwt alvast dat Anders Roslund erg veel praat. De aangename en ontspannen toon die tijdens het hele gesprek zal voortduren, is snel gezet.

Anders Roslund en Börge Hellström kennen elkaar sinds 1997. Roslund was documentairemaker voor tv en Hellström – zelf ex-gedetineerde - was nauw betrokken bij een organisatie ter bevordering van re-integratie van ex-gedetineerden. Over het succesvolle werk van deze organisatie wilde Roslund een documentaire maken. Zo leerden ze elkaar kennen, ze bleven elkaar zien en spreken, en langzaam groeide het wederzijdse vertrouwen. ‘Vertrouwen is essentieel als je samen schrijft.’ Gaandeweg ontstond het plan om samen een misdaadroman te schrijven. ‘Een leuke anekdote,’ aldus Roslund, ‘is dat de organisatie waar Börge (Hellström) destijds voor werkte onlangs in de VS een belangrijke prijs heeft gekregen. De ex-gedetineerden mochten echter het land niet in om de prijs in ontvangst te nemen.’

Hebben de schrijvers een taakverdeling tijdens het ontstaan van een boek?
Roslund: ‘Dat is een goed bewaard geheim waar we ons nooit over uitspreken. Wij zijn echt ‘we’ en we doen dus alles samen. Over onze werkwijze willen we wel meer vertellen. We plegen allereerst ongeveer een half jaar research, daarna maken we samen een soort synopsis die we vervolgens uitwerken. Voordat we echt gaan schrijven weten we dus wie de dader is en hoe de verhaallijn loopt. Tijdens de uitwerking praten we over details zoals: wat zou Ewert Grens denken? Klopt de dialoog wel bij een personage? We werken lang aan een boek. Aan ons laatste boek, Tre Sekunder, dat onlangs in Zweden is verschenen hebben we tweeënhalf jaar gewerkt. Het telt ongeveer 600 bladzijden.’
‘Dat leek wel een olifantenbevalling,’ vult Hellström aan. Hierop schieten beide auteurs in de lach.

Waarom staat er Roslund & Hellström op de boeken, en niet andersom? Zou een alfabetische volgorde niet logischer zijn geweest?
‘Dat hebben we besloten omdat deze volgorde in het Zweeds beter klinkt. Bovendien is de ‘ö’ de laatste letter in het Zweedse alfabet.’

Het duo praat graag over de achtergronden van Het meisje onder de straat.

Tijdens de voorbereiding voor Kluis 21 kwamen we al in aanraking met de mensen waarover we in Het meisje onder de straat schrijven. We hebben veel research gepleegd en zoals je achterin het boek kunt lezen, zijn gebeurtenissen en personages op de werkelijkheid gebaseerd. Miller, in het boek een oudere man die als zwerver in de riolen onder Stockholm leeft, bestaat echt. En hij wilde ook werkelijk dat jeugdige straatkinderen geholpen zouden worden. Jannike, het jonge meisje is een samenstelling van meerdere meisjes die een zwervend leven leiden in Stockholm. Hun vertrouwen krijgen was belangrijk.'
Börge Hellström vertelt dat een oudere vrouw hem aansprak en opmerkte dat het geen werkelijkheid kon zijn wat er in het boek geschreven stond. ‘Dat gebeurt niet in Stockholm,’ zei ze.
Hellström vervolgt: ‘Mensen kunnen niet geloven dat dit in de welvaartstaat Zweden gebeurt. Straatkinderen vind je in Roemenië of Rusland; ze zijn vervuild, verwaarloosd en ze zien er op een bepaalde manier uit. Maar ook in Zweden bestaan ze, alleen ziet het er allemaal wat anders uit. Niemand trekt zich hun lot aan en sommige leven inderdaad onder de stad.’
De auteurs vonden het een groot compliment dat na publicatie van hun boek het thema ‘straatkinderen’ op de politieke agenda is gezet.
‘We hebben trouwens hier in Amsterdam ook gesproken met twee mensen die hulp verlenen aan jongeren die op straat leven. Zij herkennen de situatie uit Stockholm. Ook in Amsterdam is de situatie schrijnend.’

Ewert Grens is een belangrijk personage in de boeken van het Zweedse schrijversduo. Ewert is 59 jaar, treurt om zijn Anni die vegeteert in een verpleeghuis, en hij valt zijn collega’s voortdurend lastig met liedjes van Siw Malmquist (Overigens blogt Ewert op de Zweedse site van het schrijverduo).
Hebben de auteurs Siw Malmquist wel eens ontmoet? En wat vindt zij van de aandacht die ze in de boeken krijgt?

‘Nee, we hebben haar nog nooit ontmoet. We hebben wel via via gehoord dat ze vereerd was dat ze in onze boeken wordt genoemd. Overigens heeft Siw twee grote hobby’s : kruiswoordpuzzels oplossen en misdaadromans lezen. Dus we wisten dat ze van het genre hield. Siw is een grand-old-lady in Zweden. Ze is inmiddels 73 jaar en treedt nog steeds op.’  

Anders Roslund vertelt dat zijn vader vroeger altijd danste op haar muziek en Börge Hellström speelde vroeger in een band die nummers van Malmquist speelde.
‘Het is dus ook een eerbetoon aan de zangeres. In ons volgende boek, Tre Sekunder, probeert Ewert de dood van Anni te verwerken. Bij dat verwerkingsproces hoort onder andere dat Ewert de bandjes met de muziek van Siw opruimt. We hebben ons echt afgevraagd wat Siw hiervan zou vinden!  Trouwens, Ewert kan zichzelf afvragen wie er nu eigenlijk is overleden. Siw of Anni?'

Roslund en  Hellström worden vaak vergeleken met het bekende Zweedse schrijversduo Sjöwall en Wahlöö, die in de jaren zestig van de vorige eeuw wereldwijd beroemd werden met hun reeks van tien boeken rondom Martin Beck.
‘We voelen ons zeer vereerd met deze vergelijking, want Sjöwall en Wahlöö zijn voor ons grootheden. We waren ook zeer verguld met het feit dat Maj Sjöwall onze eerste twee boeken goed vond. Van ons tweede boek heeft ze gezegd dat ze dit de beste misdaadroman vond die ze in dat jaar onder ogen had gekregen. We kennen Maj goed, zij is voor ons eveneens een grand-old-lady.’
Misschien lijken de misdaadromans op elkaar vanwege het sociale engagement, maar onze verhalen spelen natuurlijk wel in een andere tijd.

Hellström merkt op dat hij de boeken van Sjöwall en Wahlöö  heeft verslonden. ‘Ik woonde in de buurt waar ze zich afspeelden, dus ik herkende plekken en kon het balkon bezoeken waar Beck is neergeschoten. We vinden het belangrijk om maatschappelijke problematiek te schetsen. Sjöwall en Wahlöö waren voor ons de eerste schrijvers die heel duidelijk hebben gemaakt dat misdaadromans over sociale en maatschappelijke problematiek kunnen gaan. Dat vinden wij ook belangrijk. Maar toch willen we niet alleen maar een boodschap afgeven. Lezers mogen onze boeken ook gewoon spannend vinden, of lezen ter ontspanning. We willen graag boeken schrijven met personages die gaan leven, die diepte hebben. Daarnaast besteden we veel aandacht aan de stijl. We willen misdaadROMANS schrijven.’

Links:
* Engelstalige website
* Zweedse website
* Uitgeverij De Geus
* Boekrecensies - eerste boeken
* Boekrecensies laatste boek

De boeken van het schrijversduo worden verfilmd.
Vinden ze het niet raar dat bijvoorbeeld Ewert Grens een gezicht krijgt?
‘Ja, dat is inderdaad merkwaardig. We moeten de acteur die hem gaat vertolken natuurlijk wel herkennen als Ewert. Over een paar weken vinden de eerste besprekingen plaats.’

Een ander bijzonder resultaat is dat hun boek Box 21 in oktober 2009 in de Verenigde Staten wordt gepubliceerd. Het gebeurt niet vaak dat een misdaadroman van Zweedse afkomst in dit land verschijnt. Een mooi resultaat waar de auteurs blij mee zijn.
En dan was er nog het goede nieuws dat Tre Sekunder – het vijfde boek in de reeks - in Zweden zeer lovende recensies kreeg.
‘We willen ons zelf niet op de borst kloppen, maar ze waren inderdaad zeer positief. Daar zijn we natuurlijk erg blij mee. Trouwens, in dit boek zegt een verpleegster tegen Ewert: “What you are scared of, has already happened.” Misschien is dit wel een goed motto voor onze boeken.’
 
En hiermee kwam een einde aan het gesprek met Anders Roslund en Börge Hellström. Een aangenaam en ontspannen gesprek met twee heren die elkaar aanvullen en die duidelijk als duo optreden.
‘We hebben allebei een groot ego.’