Trillinkjes
Ik hou van inspecteursreeksen waarbij het privé-leven
van de speurder een belangrijke verhaallijn is in het boek. Die
persoonlijke voorkeur vind je terug in mijn topdrie voor 2004, met
Izzo (Fabio Montale), Rankin (John Rebus) en Mankell (Kurt Wallander).
Als Lindell (Cato Isaksen) ook een nieuw boek had in 2004, zou het
dringen geweest zijn.
Met 'Tot in eeuwigheid' leerde ik Edwardson kennen en ik vroeg me
nieuwsgierig af of zijn inspecteur Erik Winter zich een plaatsje
tussen mijn favorieten zou veroveren. Helaas luidt het antwoord
nee. In geen enkel opzicht.
De evolutie van Winter &
Co wordt in grove lijnen geschetst, maar er is geen sprake van uitwerking.
In plaats van over spanning zou ik over trillinkjes willen spreken.
Eentje tussen een verkracht meisje en haar vader. Eentje bij een
meisje waarvan je aanvoelt dat ze het volgende slachtoffer wordt.
Het meest bloedstollende moment is nog een privé-telefoontje
van Winters collega. Dus spanning, sfeer, sterke karakters…
het zit er allemaal wel in, maar eerder als opgewarmde prak dan
als stevige kost.
De prak van Edwardson is best verteerbaar. Alleen
zitten er kleine, ergerlijk taaie stukjes in. Die hebben vaak te
maken met Eriks gedachtengang. Op mij kwam die soms vreemd over,
waardoor ik automatisch de zinnen begon te herlezen om dan te besluiten
dat het eigenlijk baarlijke nonsens was.
Zo ontmoet Winter de ouders
van een negentienjarig vermoord meisje. Die mensen zijn ongeveer
even oud als Winter, die zelf een dochtertje van anderhalf heeft.
Winter denkt dan: “Mensen kregen op hun tweeëntwintigste
kinderen. Angelika was zo’n kind.” Was het negentien
jaar geleden zo vreemd om op je tweeëntwintigste een kind te
krijgen? En merk je dat dan aan dat kind? Nee toch.
Later lees ik
dat Angelika een zwart geadopteerd kind is. Dat vind ik pas vreemd.
Dat mensen op hun tweeëntwintigste al een adoptieprocedure
achter de rug hebben. Maar daar rept Edwardson niet over. In de
Moordgids van Jos van Cann zegt Edwardson dat hij mensen graag aan
het denken zet. Is gelukt hoor. Eén keer. Voorlopig niet
weer. |