Colofon Contact Gastenboek Links

 

Column

Door: Guido Huisintveld.

 

 

Het juiste moment

Guido Huisintveld, 10 september 2008

Ik lees. Ik lees veel. Veel te weinig, naar mijn mening. Een dag is te kort, een jaar te snel om. De dagelijkse verplichtingen zijn legio en vormen een belemmering om dát te doen wat ik graag wil: lezen.

Toe auteur: prikkel mijn fantasie, laat me lachen, doe mij huiveren, emotioneer mij tot tranen toe. Maar wacht, nu even niet.
Eerst nog de aardappels schillen, het stof opzuigen, mijn kont afvegen, een vage kennis bezoeken, de hypotheekrente aftrekken, mijn vriendin welterusten zoenen, klanten tevreden stellen, leveranciers afblaffen, de voordeur schilderen, een migraine wegkotsen, overbodige tv-beelden aanschouwen, e-mail verwijderen, dagdromen en nagels knippen.

De tijd is een significant beperkende factor voor de boekenwurm. Lokatie is een goede tweede. Voor een opperste concentratie is een bijna doodse stilte voor mij optimaal. Zelfs een tikkende klok kan roet in het eten gooien. Het favoriete leesmoment is dan ook op een vrije (weekend)dag vroeg in de ochtend wanneer de meeste soortgenoten nog in hun nest liggen te stinken. De verse koffie pruttelt (alsjeblieft geen senseo-smurrie) en de lekkere woonkamerleesstoel lonkt.
Natuurlijk komt er een moment waarop de partner naar beneden dendert, wat gemengde gevoelens doet opspelen. De verstoring én de feestvreugde: daar is mijn lief! De gesloten vriendschap met het boek is hier niet tegen bestand en blijkt derhalve van korte duur geweest te zijn. Maar zoals Schwarzenegger al zei: I’ll be back.

Op een werkdag ligt de vrije avond voor de hand, maar wordt de woonkamer met enige regelmaat geterroriseerd door de oergeluiden van het breedbeeldmonster, welke geheel bestuurd wordt met behulp van de afstandbediening door eerdergenoemde partner. Dat laatste is haar wel toevertrouwd en neem ik haar ook niet kwalijk. Ze doet maar. Mij interesseren de getoonde beelden geenszins. De geluiden daarentegen overschrijden snel de irritatiedrempel. Daar is met geen mogelijkheid bij te lezen. Ja, de krant misschien. Het is als het kijken naar een bioscoopfilm waarbij elke drie seconden iemand door je beeld loopt. Waanzin. Niet aan te beginnen. Gelukkig heeft ons huis meerdere compartimenten en als het mooi weer is kan ik ook nog naar buiten vluchten.

Dan is daar nog de trein. Ach ja. Ik zou bijna uit willen roepen: breek me de bek niet open. Het fulmineren over het asociale gedrag van medereizigers is te gemakkelijk. En dan durft uitgerekend de NS met een “publieksprijs” te komen voor, ja voor wat eigenlijk? Het beste boek dat ook vandaag weer niet te lezen was tussen het gejengel, getelefoneer, gevreet en alle andere storende bezigheden die met ge beginnen?
Ah, maar wacht even, roept de NS: we hebben ook nog de “stilte-coupé”. Juist ja. Die voornamelijk bevolkt wordt door analfabeten die de subtiel op ramen aangebrachte boodschap (stilte!) niet kunnen ontcijferen. Nee, ze pulken eraan. ‘Kijk: de sticker zit aan de binnenkant en die kan er wel gemakkelijk af zeg!’
Ik heb een weerwoord voor al deze mensen: ‘Zou u het komende half uur even uw klep kunnen houden, ja?’ Maar het risico om wekelijks een andere bril te financieren zorgt ervoor dat ik wijselijk mijn eigen klep dicht houd.
Ik wacht wel met lezen tot het juiste moment, als ik weer thuis ben.