naar start | a | b | c | d | e | f | g | h | i | j | k | l | m | n | o | p | q | r | s | t | u | v | w | x | y | z  
Het laatste lijk (2006) Roel Londersele **

Snelle loner

Londersele schrijft over een loner. De loner heet Vereecken. Hij ging zonder boe of ba weg bij de Gentse politie, woont alleen met zijn dochter, heeft sinds kort een nieuwe vriendin en komt aan de kost als privé-detective.
Hij denkt en gedraagt zich vierkant en het lijkt als Londersele zijn schrijfstijl daarop aanpast. Niet dat Londersele slecht schrijft, integendeel, de man was niet voor niets stadsdichter van Gent. Maar zijn verhaal verloopt zo rechttoe rechtaan, zo zonder enige nuance, dat je na 207 gejaagde pagina’s denkt: ‘was dit het nu?’ en als variatie ‘wat was dit nu?’.

Het boek start met twee verhaallijnen. Vereeckens ex-partner De Wilde is neergeschoten en ligt met een kogel in zijn hoofd in coma. Naast zijn bed zit De Wildes vriendin waar Vereecken op slag van begint te kwijlen. Vereeckens eigen vriendin verwijt hem op pagina 59: “Jij denkt alleen aan jezelf, aan je gratis etentje en je gratis neukje.” Ongeacht dat idiote woordje, weet ze niet half hoe dicht ze bij de waarheid zit. In elk geval: Vereecken belooft de moeder van zijn ex-partner om haar zoon te wreken. Daarnaast krijgt een boekhouder vreemde brieven in zijn bus. Ze irriteren hem en hij wil dat Vereecken uitzoekt wat ze betekenen. Al snel komen de twee verhaallijnen bij elkaar.Vereecken verliest nergens tijd.

Al wat hij doet, mondt onmiddellijk uit in resultaat. Halverwege vergast Londersele de lezer op de wonderbaarlijke genezing van De Wilde. Je zou het niet geloven als Londersele op de laatste pagina Dr. Georges Otte, neuroloog-psychiater, niet zou bedanken voor zijn deskundige advies. Het zal dan wel kunnen, zeker? Bijna ‘eind goed, al goed’ maar niet helemaal.Kortom. Het laatste lijk is een wat vreemd en bevreemdend boek. Het is zo geschreven dat je er in recordtempo doorheen vliegt. Daarna zit je beduusd te kijken. Het ging te snel.