Het moet een ongelooflijke kick geven als je als debutant een gevierd
schrijver kan verslaan in een belangrijke wedstrijd. Het overkwam
Kate Atkinson met haar debuut Achter de schermen (roman).
Ze won hiermee in ‘95 de Whitbread Prize en liet daarmee de
gedoodverfde winnaar Salman Rusdie ver achter zich. Voordeel van
zo’n stunt is dat je plots volop in de belangstelling staat,
nadeel dat je verdere werk tot in den treure met je schitterende
debuut vergeleken wordt.
Haar volgende twee romans kwamen bekaaid uit dat vergelijk.
'Oude zaken' heeft de ambitie om Atkinson weer in het midden van
de literaire kaart te zetten. Omdat de schrijfster voor dit boek
de vorm van een detective gebruikt, wordt het ook hier besproken.
De oude zaken worden in de eerste hoofdstukken achter elkaar gezet.
In de eerste zaak verdwijnt het lievelingetje van de familie Land,
de driejarige Olivia. Haar drie oudere zussen zijn te druk voor
hun afgematte, zeurderige moeder die zwaar teleurgesteld is in haar
huwelijk.
In de tweede zaak wordt een dikke, kortademige advocaat opgevoerd.
Hij is constant ongerust over het lot van zijn jongste dochter,
hij ziet haar eigenlijk té graag. Op een dag gebeurt op de
meest veilige plaats het ondenkbare.
Zaak drie vertelt over een tienermoedertje bij wie de stoppen doorslaan.
Na de voorstelling van deze zaken belanden we in het heden.
Privédetective Jackson Brodie wordt door verschillende mensen
gevraagd om de oude zaken te heropenen.
De zussen Land vinden
na het overlijden van hun vader een nieuw spoor in de verdwijning
van Olivia. De advocaat voelt zijn einde naderen en wil op de valreep
de moordenaar van zijn dochter opsporen. Brodie, zelf niet probleemloos,
heeft weinig vertrouwen in de goede afloop van de oude zaken, maar
doet alleszins een poging ze op te lossen.
Hij stuit op
verrassende wendingen en constateert dat heel wat draadjes in het
onderzoek met elkaar te maken hebben.
Atkinson vertelt heel trefzeker
een mooi verhaal over misdaden en hoe deze een verwoestend spoor
nalaten bij de achterblijvers.
Ze voert daarbij niet alleen excentrieke
mensen maar ook heel wat verschillende samenlevingsvormen en gradaties
in liefde op. Haar groot gevoel voor humor behoedt deze roman voor
een hoog kommer-en-kwelgehalte en ze zorgt zelfs voor een happy
end.
Toch springt dit boek voor mij niet uit de massa. Het is goed
geschreven en ook leuk om lezen. Maar het maakte me niet laaiend
enthousiast en dus moet ik het bij drie sterren houden. Ik had er,
misschien wel omwille van die Whitbread Prize, meer van verwacht.
|